19 mrt 2024

Op maandag is er ook letterlijk leven in de brouwerij

Wie op een maandag de Werkplaats op Plaats De Kleine Aarde binnenkomt, wordt verrast door een aparte, wat weeïge geur. Die komt, gelukkig maar, uit de keuken. Daar zijn drie mannen druk in de weer met grote pannen, emmers en tonnen. Wat zijn die daar aan het brouwen, vraag je je af. Nou precies dat. Bier.

Het zijn de amateurbrouwers Ger Daverveld en Manus Bommel uit Boxtel en Marc Emmen uit Tilburg. Ze brouwen al tientallen jaren, ook samen, en zijn alle drie lid van De Roerstok. Dat is de grootste amateur-bierbrouwersvereniging van Nederland, geworteld in Tilburg, die dit jaar haar achtste lustrum viert.

Ze zijn naar eigen zeggen respectievelijk ‘techneut, organisator en supertechneut’. Hun enthousiasme over de kunst van het brouwen is groot. Hun uitleg gaat dan ook gepaard met heel veel, haast scheikundig, proces- en brouwersjargon. Manus vertelt dat de ene hop de ander niet is, waarom het zo jammer is dat Nederland maar één biologische mouterij kent (in Kloosterzande) en hoe waardevol de bierborstel die overblijft bij het brouwproces is voor de bodem.

Ger bepaalt het soortelijk gewicht van de wort, terwijl Manus (links) en Marc roeren

Terwijl Manus en Marc, in twee twintig literpannen, wort staan te roeren, pakt Ger er een refractometer bij. Met een pipetje neemt hij een druppel uit een pan, druppelt die op de meter en kijkt door het apparaatje heen. Wat hij daar afleest is het soortelijk gewicht, een indicator voor het suikergehalte en richtinggevend voor het verwachtte alcoholpercentage van het uiteindelijke bier.

Elektronische dobber

Maar voor een antwoord op de vraag hoe het brouwsel de ‘rusttijd’ even verderop in de Werkplaats doorstaat, is de refractometer niet nodig. In plaats daarvan gebruiken de drie brouwers een elektronische dobber.

Die registreert de temperatuur en de voortgang van de omzetting van de suikers in alcohol door de gist en is op elk moment online uit te lezen in keurige grafieken. Een handig hulpmiddel dus om tijdens het hele brouwproces in Plaats De Kleine Aarde de vinger aan de pols te kunnen houden.

Ger en Manus lopen al even rond op De Kleine Aarde. Sinds 2014 hebben ze op bijna dezelfde plek een aantal jaren mogen brouwen. Tot het moment waarop de oude Van Coothhoeve een andere bestemming kreeg. Sinds begin 2024, in de gerenoveerde en tot Werkplaats omgebouwde hoeve, is beneden weer ruimte voor koks, makers, kunstenaars en dus ook brouwers.

Bierkennis delen

Nog tot medio mei zijn de drie hier regelmatig te vinden, afwisselend brouwend en bottelend. Ze vertellen graag, en veel, en willen in de toekomst meer mensen op Plaats De Kleine Aarde kennis laten maken met het brouwen van bier. ´Bijvoorbeeld aan het eind van een evenement, met een lekker biertje toe´, mijmert Ger.

´En dan gebrouwen met hop, gagel, kastanjes, kruiden en mogelijk ook nog toevoeging van granen hier uit de tuin. Dat zou helemaal fantastisch zijn´, besluit Manus. ‘Proost!’

De drie brouwers op Plaats De Kleine Aarde zoeken nog een passende naam voor hun bier. Ger: ‘De prijs voor degene die met de beste naam uit de bus komt, is in ieder geval ‘eeuwige roem’ en een fles van deze godendrank met zijn/haar naamgeving op het etiket.’ Meedoen? Mail jouw inzending naar info@plaatsdka.nl.