16 jun 2022

Plaats de Kleine Aarde toont zich al een beetje aan de wereld

Woensdagmiddag namen zo’n 25 (potentiële) investeerders en andere geïnteresseerden in Plaats De Kleine Aarde een voorschot op wat deze Plaats kan gaan worden. Ze namen de tijd om met elkaar te praten over het duurzame perspectief voor onze boeren. Begin bij de bodem, zorg voor diversiteit en stimuleer natuurlijke processen die het voedselsysteem helpen regeneratief te worden, klonk het onder meer.

Geert van der Veer, initiatiefnemer van De Plaatsen, sprak in zijn welkomstwoord over de reis die hij in 2012 is gestart. Die bracht hem via Herenboeren, BoerenRaad en Aardpeer tot de plek die de eerste Plaats van Nederland moet worden. Hij bedankte de aanwezigen en alle mensen die zich via de crowdfunding al verbinden met Plaats De Kleine Aarde en dus het voedselsysteem van morgen. 

Geert van der Veer vertelde over de reis die hem tot De Plaatsen bracht.

Monocultuur grote bedreiging
Daarna was het aan ‘stikstofprofessor’ Jan Willem Erisman om duiding te geven over het stikstofvraagstuk. “Een voor velen onzichtbaar, ongrijpbaar probleem”, erkende hij. “Behalve als je boer bent of een vergunning voor een nieuwe woonwijk wilt.”

Wat opviel in zijn bijdrage is dat hij nauwelijks over stikstof sprak, maar een onderliggend probleem aanstipte. We koersen namelijk af op een beperkt aantal monoculturen. Zowel in de natuur als in de landbouw domineert een beperkt aantal soorten, en dat maakt ons en het ecosysteem waar we onderdeel van zijn bijzonder kwetsbaar. Zijn oproep: zorg voor meer diversiteit en benut de natuur. Dan komt het systeem sneller weer in evenwicht. 

Monoculturen zijn volgens Jan Willem Erisman een grote veroorzaker van meerdere crisis, waaronder die van stikstof.

Veilige ruimte
Erisman noemt De Plaatsen een belangrijk initiatief dat bijdraagt aan meer diversiteit aan boeren die vervolgens op hun bedrijf en samen werk maken van een systeem in balans. “Veel boeren hebben geen vertrouwen in de overheid. Plekken als de Plaatsen bieden veiligheid en onafhankelijk advies. Hier mag je als boer je ervaringen delen en leren van elkaar. Het sluit daardoor vanzelf beter aan bij de boerenpraktijk.”

Wie die ervaring al heeft, is Jan Maarten Dros van Stichting Wij.land. Hij nam de aanwezigen in een van de gebouwen van De Kleine Aarde mee in de manier waarop Wij.land ruim 150 boeren in het Westelijk Veenweidegebied handvatten voor duurzaam werken biedt. De stichting weet vooral de nieuwsgierigheid van boeren naar verandering te prikkelen en werkt zo onder meer aan landschapsherstel, duurzamer bodemgebruik en andere (ver)dienmodellen. 

Jan Willem Dros bracht de ervaringen van Wij.land in het Veenweidegebied naar het Brabantse zand

Netwerk van en rond boeren
Ook Wij.Land onderschrijft het belang van een veilige omgeving, zonder al te veel bemoeienis van de overheid. Wat ook veel boeren in beweging brengt is het netwerk waarin behalve hun collega´s, ook burgers, wetenschappers en andere onafhankelijke professionals zitten. De ervaring van Wij.land komt heel goed van pas bij de ontwikkeling van Plaats De Kleine Aarde. 

Terug buiten vertelde Geert van der Veer over de plannen met de gebouwen; die ook zeer divers worden ingezet. Er komt onder meer een professionele keuken voor workshops, een ruimte voor lezingen en een plek voor theater. Als alles volgens plan verloopt, start eind dit jaar de renovatie. 

Maak Plaats De Kleine Aarde mogelijk

Een van de gebouwen op De Kleine Aarde die de komende jaren onder handen genomen gaat worden.